Het geheim achter een realistisch portret is

dat je niet alles tekent wat je ziet maar de illusie wekt dat je dat wel deed.

Bij realistisch portret tekenen is het niet nodig om alles te tekenen wat je ziet. Het is zelfs veel beter om dat helemaal niet te doen. En nee, helaas, het maakt portrettekenen niet makkelijker. Eerder moeilijker. Omdat je voor de keuze staat: wat wel en wat niet?

Waarom dan niet alles tekenen?

Het klinkt logisch. Zoveel mogelijk tekenen. Dan lijkt het toch steeds meer? Super realistisch wordt het met al die details. Maar heb je al eens geprobeerd alle haren te tekenen? Of alle wimpers? Ja, logisch, he,he. Dat gaat natuurlijk niet.

O.k., daar zijn we het over eens. Maar alle schaduwen in een gezicht? Alle toonwaarden die je op jouw voorbeeld ook ziet? En wat als ik je vertel dat ogen realistischer lijken als je het wit, de reflectie, groter maakt dan op jouw voorbeeld?

Omdat we een tekening nu eenmaal anders bekijken, of beter interpreteren, dan een foto. Een foto met 3 toonwaarden zien we als nep. Maar bij een tekening is dat weer niet zo. Dat kan zelfs een realistisch portret opleveren.

Dit realistisch portret is getekend met houtskool gemengd, potlood en bewerkt met gum techniek. In dit portret zitten 4 toonwaarden als experiment met toonwaarde plannen.

Hoe kijk je dan naar een tekening?

Onze hersenen zijn geprogrammeerd om dat wat je niet gelijk ziet zelf erbij te plaatsen. Uit wat jij weet door bijvoorbeeld herinneringen. Als jij de ogen herkent van iemand dan heb je als vanzelf, onbewust en in millimilli seconden, het beeld van het gezicht voor je. Dat werkt op dezelfde manier als met woorden.

Maar dat is op een meer bewust niveau. Met beeld gaat dat onbewust. Omdat je dan meer ruimte hebt om dat wat ontbreekt in te vullen. En vooral ook omdat wij visueel ingesteld zijn. Je kent het wel: een plaatje zegt meer dan 1000 woorden.

En die ruimte, of keuze eigenlijk, maakt dat je nog iets anders doet:

Interpreteren

Interpreteren van iets is voor iedereen uniek. ( er zijn wel algemene overeenkomsten en die heten dan archetypen. ) Hoewel je kijkt met ogen maken hersenen het beeld af.

Dat unieke werkt net als dit: misschien ken je nog wel die proef met één zin. Persoon één begon met een simpele zin en vertelde hem aan de ander. Honderd personen later was de originele zin compleet weggevaagd. Zo is het met beeld ook (onbewust en razendsnel.) Dat wat je niet herinnert vul je automatisch aan.

Kijken is interpreteren

Iedereen interpreteert. Hoe je interpreteert hangt af en wat je allemaal deed en hebt ervaren. Dat zie je terug in kindertekeningen maar ook bij kunstenaars, denk maar aan wereldberoemde voorbeelden als Vincent van Gogh, David Hockney, Bacon, nou ja de lijst is natuurlijk eindeloos. .

Hoe zij dachten, en deden, hun ervaringen, al dat maakte de manier waarop zij hun schilderijen en tekeningen maakten.

Nog een realistisch portret maar dan met een verhaal, fantasie, maar laat ook ruimte voor interpretatie

Realisme is niet gewoon alles kopiëren

Vaak wordt realistisch portret tekenen verward met zoveel mogelijk tekenen van wat je ziet. Realistisch tekenen is niets meer dan een illusie op een plat vlak vertaald door onze ogen in 3D beeld. En de kwaliteit van die vertaling wordt gestuurd door de portrettekening zelf, dus de persoon die hem maakte.

welke van de 2 is de foto?

Dat sturen heeft niet alleen met beeld te maken. Als je nu de afbeelding zo ziet van de ogen zie wel dat het lastig is om te zien welke de foto is en welke de tekening. Maar door de manier van presenteren weet je het eerder.

Ik heb het ook getest door de afbeelding van de tekening links te plaatsen en de foto dus rechts. Toen werd de de uitkomst opeens anders. Gewoonweg omdat we vertrouwd zijn met van links naar rechts kijken en lezen. En dat is waar je met realistisch portret tekenen gebruik van maakt: illusie.

Met tekenen gebruik je ook van dit soort voorkeuren. Bijvoorbeeld hoe we iets op een afstand zien. Als je elk haartje wat je ziet in een gezicht gaat tekenen heb je niet alleen een klus maar het resultaat is ook nog eens minder echt. Wat je ziet bij oogwimpers.

Kleine details kunnen het wel echter maken, als je bij uitvergroting van hetzelfde oog ziet. Wat vooral helpt is het wit van het papier. (de lichte plekken om het oog). Deze bij de pijlen zijn gemaakt met een  makkelijke methode: met 4H potlood.

Je maakt als het ware groeven in jouw papier en gaat daar overheen met potlood. In de groeven komt geen grafiet en dat blijft dus wit.

Een ander voorbeeld zijn haren in het licht, die teken je ook niet allemaal. De haren die je ziet tegen de donkere achtergrond zijn getekend met een stukje gum waar ik een punt aan maakte met een mesje. En je kunt het ook heel mooi doen met een Tombow mono zero gumpotlood.

Conclusie

Het geheim achter een realistisch portret is de illusie van ‘echt’ opwekken bij de kijker. En ook al lijkt het logisch dat je dan alles tekent wat je ziet, het is juist precies tegenover gesteld. Het lijkt eerder net echt als je niet alles tekent.

Vergelijk het met een heel dik boek waar een scriptschrijver 1 film van moet maken. Hij of zij neemt dan alleen die details, die gebeurtenissen die bepalen hoe het verhaal verloopt.

Details laat je eruit

Details, als bijvoorbeeld een wandeling naar huis, ik noem maar wat, die laat je er dan uit.

Een mooi voorbeeld bij het tekenen van portretten zijn haren. Je tekent haren niet als losse haartjes maar als vlakken waarbij je enkel losse haren toevoegt. En die enkele losse maken dan de illusie van Net Echt.

Portrettekenen met Net Echt

Het is met portret tekenen net als met een goed recept. Weten wat erin moet maakt je nog geen master.

Maar hoe je die ingrediënten gebruikt, dat is wat telt

Met 2 echte boeken op a4 formaat